Engelse cobles op de stranden van Yorkshire en Northumbria
1e te waterlating: 20-06-2008 3e revisie: 29-06-2008
Er zijn 2 soorten cobles, namelijk de Engelse en de Schotse.
De Schotse variant doet vermoeden dat zij ergens in het verleden als curragh is begonnen.
De Engelse variant is een hybride met achter als basis de curragh en van voren de invloed van de Noorse viking schepen.
Geen enkele expert doet hier een uitspraak over, maar bovenstaande theorie is ook mogelijk.
De coble is tegenwoordig nog in gebruik aan de noordoost kust van Engeland, vanaf Hull tot aan de grens met Schotland.
Hier zijn vanouds geen echte havens en de coble is dan ook een echte strandschuit, te vergelijken met onze pinkies en bommen, maar van een heel ander model.
Ga naar de aparte fotopagina van de Gratitute
De noordoost kust van Engeland is over het algemeen rotsachtig en de stranden bestaan meer uit (rol) stenen, dan uit zand.
Om de coble op het strand te zetten ging men met de kop in zee liggen en nam het zeiltuig en het roer weg. Met roeiriemen werd nu achteruit naar het strand gevaren, waarbij de scherpe boeg de oplopende golven onschadelijk liet weglopen en de ondiepe achterzijde gemakkelijk hoog op het strand kwam.
De zogenaamde skids beschermden de bodem tegen slijtage en het lek raken van de boot als zij te hard op het strand werd gekwakt.
Er werd zomers en 's winters mee gevaren, dus de omstandigheden waren af en toe bar te noemen.
Dat de vorm van de coble eeuwenlang nauwelijks is veranderd betekend dat zij als visserschip prima voldeed.
Omstreeks 1910 werd het model aangepast, om het varen met een (hulp) motor mogelijk te maken.
De bouwers van cobles werkten zonder tekeningen en volledig op het oog, waarbij men moet bedenken, dat eerst de huid werd gevormd en pas daarna de spanten erin gezet werden. Ook toen de bouwwijze veranderde om er een motor en schroef in te bouwen, werd dit nog op het oog gedaan.
Dit betekende dat de zo genaamde RAM opeens niet meer vlak, maar zeer kromgebogen moest worden om de schroef voldoende ruimte te geven, om niet stuk te slaan op het strand, maar ook zijn voortstuwend vermogen moest kunnen afgeven.
Met de weinige pk'tjes van toen een haast onmogelijke opgave.
Op de linker foto is goed te zien hoe de schroeftunnel er van binnen uitziet.
Aanleiding
De eerste keer dat ik een coble zag, was op de Cleveland way. Tussen alle vormen van visvaartuigen neemt de coble wel een heel eigen en karakteristieke plaats in. In de loop der jaren zijn wij regelmatig terug geweest in Filey en Scarborough en keek ik altijd uit of de Gratitude met visserijnummer W.Y. 79 er nog was (ligplaats Scarborough).
W.Y. staat voor Whitby, de geboorte plaats van de ontdekkingsreiziger Thomas Cook.
De gemotoriseerde versies van de coble zijn het beste te bekijken op de coble landing in Filey.
De cobles zijn nog dagelijks in gebruik en leveren verse vis, kreeften en krabben aan de lokale restaurants.
Type namen
Salmon coble, Yorkhire coble, Hartpool coble, winter coble, foy coble. Je kunt het niet zo gek bedenken, maar dit zijn allemaal namen voor dezelfde soort boot.
Vervelend wordt het, als men het verschil tussen een coble (platte spiegel) en bijvoorbeeld een dubble ender niet kent en die dan gemakshalve ook maar coble noemt. Dit is dan tevens een bewijs dat een type vaartuig zich niet in een vakje laat stoppen, maar evolueert, soms met kenmerken van een ander type, soms volledig door eigen ontwikkelingen, zoals de wensen van een eigenaar of wijziging in het soort visserij.
Bouwwijze
In de bouwschuur of in de openlucht wordt de kielplank (ram) op schragen gelegd.
Hierna wordt de steven opgericht.
Aan weerszijde van de kielplank worden de zandstroken dakpansgewijze bevestigd.
Als de bodem klaar is worden de vlakspanten er op pas en vast gemaakt.
Men laat de spiegel open, zodat men gemakkelijk in en uit de boot kan komen.
Deze foto is eigendom
van Pete Loud
Nu gaat men verder met het opboeien.
Let op het gebruik van wiggen om de planken op hun plaats te houden en het geheel te laten stroken.
Bedenk hierbij dat er op het oog werd gebouwd en er geen tekening aan te pas kwam.
Deze foto is eigendom
van Pete Loud
Bovenstaande foto is een van de weinige, waarop de bouwwijze van een coble is te zien.
Als de staande spanten zijn pasgemaakt en erin zitten, wordt als laatste de spiegel geplaatst.
Alle onderdelen hebben eigen namen, zie de lijst onderaan deze pagina.
Er is ook een maten tabel van een z.g. Filey coble.
Basis kenmerken van een coble
RAM
De Ram is een horizontale kielplank, die bijna 3/4 van de lengte over alles uit maakt.
De Ram (horizontaal) en de Forefoot (verticaal) overlappen elkaar over de afstand van 3 á 4 spanten.
De Ram zorgt voor een ondiep breed achterschip en de Forefoot geeft de nodige diepte/ grip om de golven te kunnen weerstaan.
Gemiddeld is de hoogte voor 2x de hoogte achter.
Bij het bouwen wordt de Ramplank horizontaal gelegd op stutten, waarbij men rekening houdt met de wens om de Forefoot er onderuit te laten steken, maar er ook voor te zorgen dat de boeg voldoende opgaande zeeg heeft.
Dit werd op het oog gedaan en was afhankelijk van het oordeel van de bouwer en de ervaringen van de schippers.
Ook in Nederland werd op die manier gebouwd, waarbij de grootste maten vast stonden en de rest volgens eigen inzicht van de bouwer werd ingevuld.
Voldeed de boot, dan ging je ermee door, zo niet dan zocht je een alternatief.
STEVEN
Op deze foto is de scherpte van de boeg onder de waterlijn duidelijk te zien.
Omdat dit al een "moderne" variant van de zeil coble is, zit er een extra gang op, die de "tumble home" tegenwerkt.
Omdat er niet meer geroeid hoefde te worden, was de hoogte van de boorden niet meer van belang.
Om de netten en crabpots binnen te halen gebruikt men mechanische lieren, zodat het hoge boord geen extra belasting voor de rug betekend.
OVERNAADS
De overnaadse bouwwijze komt duidelijk bij de vikingen vandaan.
Om te voorkomen dat netten blijven steken worden er op de naden extra beschermlatten geplaatst.
Op de grootste breedte wordt deze Binn genoemd en de andere beschermlatten worden Listing genoemd.
LANG ROER
Het roerblad is lang en steekt diep onder het schip uit.
Samen met de diepe steven houden zij tijdens het zeilen het schip in balans.
Om het roer gemakkelijk te kunnen lichten zit de onderste vingerling op het roer en de bovenste vingerling op de achtersteven.
Met een stuk touw kan het roer opgehesen worden.
Dit touw loopt over het scudboard heen en wordt op een nagel beslagen.
ROERPEN
Omdat het roer erg diep steekt en de spiegel bijna een hoek van 45 graden maakt is de pen voor de onderste vingerling vrij lang gemaakt, hiermee wordt tevens voorkomen dat het roer zich gemakkelijk bij een opwaartse beweging zou los maken.
DIPPING LUG/ ZEIL EIGENSCHAPPEN
De zeil eigenschappen zijn uitstekend, behalve voor de wind, omdat een achterop volgende golf de boeg te diep kan wegduwen, waardoor zij dwars kan komen te liggen.
Het werken met een dipping lug vereist veel ervaring, omdat elke keer als er overstag gegaan moet worden, de voorkant van het zeil achter de mast om naar de andere kant gebracht moet worden.
Dit is ook de reden, dat het voorlijk met een haak vast gemaakt is, zodat men deze snel kan losmaken.
De voorkant van de gaffel wordt met een touw naar beneden getrokken om de gaffel van de ene kant naar de andere kant te trekken. Dit touw wordt vast gezet op de mastbank.
De stand van de mast wordt ook aangepast.
Deze staat het meest achterover als men tegen de wind in aan het laveren is.
Vaart men een ruime koers, dan is de helling achterover minder
en bij voor de wind staat de mast bijna rechtop.
De stand van de mast wordt geregeld met een wigvormig sluitstuk.
GEEN UITSTEEKSELS BOVEN DE VERSCHANSING
De koppen van de spanten worden met een potdeksel afgesloten, waarbij alleen de roeipennen nog uitsteken, het zogenaamde Bulwark.
Door de overnaadse bouw zou een net achter de randen kunnen blijven steken, hiervoor worden op verschillende plaatsen extra latten aangebracht om de zaak wat meer glad maken.
Op de grootste breedte wordt dit een Binn (rubbing stroke) genoemd.
De andere latten worden Listing genoemd.
AFDEKKING SPIEGEL
De spiegel wordt aan de bovenkant afgedekt met een plank.
Mogelijk is dit gedaan om de roerganger een steuntje in de rug te geven, omdat er onder deze plank verder niets zit dat beschermd moet worden. Overigens is er nergens in de coble een kastje of een ander afgesloten gedeelte.
ROEIBANKEN ALS VERSTEVIGING CONSTRUCTIE
Hoewel de coble zowel gezeild als geroeid kan worden is het aantal roeibanken eigenlijk teveel van het goede.
De enige verklaring hiervoor kan zijn dat om gewicht te besparen en toch de nodige stijfheid in de romp te krijgen extra roeibanken zijn toegevoegd.
Dit is vooral te zien bij de mast, daar deze ingesloten wordt door 2 roeibanken, terwijl een dikker uitgevoerd spant ook de torsie krachten zou kunnen opvangen.
VERZWAARDE ROEIRIEMEN
De riemen zijn relatief kort, maar door deze te verzwaren kon men voldoende kracht zetten om met korte slagen de boot te roeien of achteruit op het strand te zetten.
AFDEKKING ACHTERPLECHT
De spiegel wordt afgedekt door het zogenaamde Scudboard.
Hieronder zit dan de stuurbank voor de stuurman.
Hij heeft 2 pennen in zijn bank zitten, waarop de schoot van het dipping lug zeil belegd kan worden.
Tevens wordt de hijslijn van het roer hierop belegd
VERF EN KLEUR GEBRUIK
Het kleuren gebruik verschild per plaats, maar is in het algemeen zeer vrolijk.
Binnenboord: donkergroen en licht blauwachtig groen.
en zoals op de foto hiernaast wit voor het roeiersgedeelte
Buitenboord: Zwart of rood onderwater, groen of wit vanaf de waterlijn tot de grootste breedte.
En daarna weer een herhaling van gebruikte kleuren.
MASTBANK
De mast staat in de mastbank en wordt doormiddel van een wig in de gewenste stand achterover gezet.
De mast bank is verbonden met de Main Toft, doormiddel van zogenaamde gantrees. De horizontale verbindingsstukken.
Hiermee worden de krachten die de mast op de romp uitoefenen over meerdere spanten verdeeld, zonder dat er zwaardere spanten ingezet hoeven te worden.
Dit is in tegenstelling tot de Nederlandse bouwwijze, waarbij de mastbank uit dubbele en soms uit een driedubbel verbreed spant bestaat.
Het is dan ook vreemd om te bedenken dat de overnaadse bouw en scherpe steven van de vikingen zou zijn overgenomen, omdat in de viking schepen het mastspoor een massief blok hout is dat over diverse spanten werd gezet.
Hierbij werden vooral de krachten van achter naar voor goed opgevangen en niet de zijwaartse krachten.
Gaan wij uit van de curragh als aartsvader, dan lijkt de gekozen oplossing logischer, omdat de curragh een geroeide boot was en geen zeilboot.
FOY als kleine COBLE
Foy boten kunnen alle vormen en gedaanten aannemen, omdat het om het gebruik gaat en niet om een specifiek type.
De Foy is nog kleiner dan de salmon coble. Deze werd gebruikt als bijboot en voor andere haven klusjes.
Jammer genoeg is er alleen een bruikbare tekening van een foy-boat, zeg maar een mini-coble
Dit betreft de Leslie, welke in het Exeter maritime museum ligt, waar Eric McKee de maten van heeft opgenomen in 1976. Zie pagina 178 van zijn boek. Lengte over alles: bijna 19 feet, ten opzichte van een salmon coble van 21 tot 23 feet gemiddeld. Bij de tekening hoort ook een set van opgenomen maten vanaf een basispunt, zodat een geoefend modelbouwer hiermee overweg kan. Aanschaf van dit boek wordt dan ook van harte aanbevolen
Zeilmaten van een Filey Salmon Coble
In de matentabel over de verschillende coble soorten in Filey bleek de lengte van de giek (yard)
niet overeen te komen met het bovenlijk (lug head)
Ik heb daarom een reconstructie getekend van het zeil, om te bepalen welke (gemiddelde) maten juist zijn.
Als basis lijn heb ik de hoek genomen tussen het bovenlijk en het voorlijk.
Deze is 135 graden, maar verdeeld zich als 30 graden boven het horizontaal en 105 graden onder het horizontaal.
Door de maten in "feet" uit te drukken in centimeters kon met een passer de onderlinge verhouding worden uitgezet.
De snijlijnen van de passer uitslagen komen overeen met de diverse hoeken, waarmee bewezen is dat de verhoudingen in het zeil de volgende maten zijn, t.w.
Lug head = bovenlijk = 13 feet = 396 centimeter
Luff = voorlijk = 10 feet = 305 centimeter
Lee = achterlijk = 15 feet = 457 centimeter
Foot = onderlijk = 14 feet = 427 centimeter
De zeilbanen volgen het achterlijk en de reven zijn circa 2 feet vanaf de "foot".
Ik heb niet kunnen achterhalen of de reven horizontaal lopen, dan wel iets verspringen over het achterlijk.
De mast staat circa 8 graden achterover, maar dit is afhankelijk van de koers die men wil varen.
Bovenstaande geldt alleen voor een salmon coble, zoals bemeten door Commander Hill indertijd.
Filey Brigg is een uitstekende rotsformatie, die de baai van Filey aan de noordelijke zijde beschermt.
Al in de Romeinse tijd werd deze landtong als baken gebruikt.
De coble landing in Filey is een ware toeristen attractie.
Hier vertrekken dagelijks nog gemotoriseerde cobles op zoek naar verse vis voor de plaatselijke restaurants.
Met een klein beetje geluk kun je ook nog een oefening van de plaatselijke reddingsboot meemaken.
Curragh
Een curragh is een lattenframe, met daar om heen een huid van geweven doek, maar ook van echte huiden.
Het geheel is heel licht en kan daardoor gemakkelijk te water gelaten worden of juist uit het water gehaald worden om op een veilige plek te worden opgeborgen. Dit is belangrijk als er geen haven of kreek is, waar de curragh voor anker kan gaan.
De beroemdste curragh is Brendan van Tim Severin, waarin hij naar Amerika zeilde, om de legende van sint Brendan als mogelijk te bewijzen. Zijn boot was bekleed met koeienhuiden.
The Brendan Voyage by Tim Severin ISBN 0-09-932410-5 1978 Arrow Books Ltd. London
Dus blijft de vraag: Vikingen of Ierse monniken bereikten de kust van Amerika als eerste vanuit Europa met een boot.
The English Coble :by Commander J E G McKee based on the Journals of Commander H Oliver Hill
ISBN 0-90555-08-2
National Maritime Museum No. 30 1978 Greenwich, Engeland
The construction of model open boats : by Ewart C Freeston 1975
ISBN 0-85177-080-0
Conway Maritime Press Ltd, Greenwich, Engeland
Working boats of Britain : Eric McKee 1983
ISBN 0-85177-
Conway Maritime Press Ltd, Greenwich, Engeland
Verklaring van gebruikte benamingen
WEBSITES
Als je belangstelling hebt voor Northhumbria en kustvisserij vindt je hier veel foto's.
http://www.peterloud.co.uk/photos/index.html
De foto's van de bouw van een coble vindt je op dit deel van de website van Peter Loud.
http://www.peterloud.co.uk/photos/Seahouses/Seahouses9c.html
Today (2003) five of the big working boats are left at Filey, including the recently restored coble Margaret. Here she is with other cobles on the Coble Landing at Filey. Click on the photograph for a larger view.
The Filey Coble Preservation Society cares for the Margaret SH232
http://en.wikipedia.org/wiki/Coble
Model Coble Plan
A
plan is available for a Northumbrian Coble at a scale 1" = 1ft, resulting in a
model about 27" loa. It is published (2004) by Model Boats magazine. Go to
www.modelboats.co.uk and quote plan number MM1040.
Phillip Bowker built a gold medal example of
the boat - shown here - and his photographs are to be found at:
(WERKT NIET)Click on this photograph to see a larger version. He has now also completed a
model of a Filey type - his photographs show the model at several stages of
construction, and will be most useful as a guide to other model makers.
Gemiddelde matentabel van cobles in Filey
Deze maten zijn heel globaal, omdat er nauwelijks tekeningen van cobles zijn.
Eric McKee heeft deze tabel samengesteld op basis van aantekeningen van Commander Oliver Hill
De tekening in het boek "The construction of model open boats" is te slecht afgedrukt om er iets mee te kunnen doen, Eric McKee's maten van de foy cobble kunnen wel gebruikt worden om een model te bouwen.
De originele tabel is aangepast, omdat het bovenlijk van de salmon coble niet in verhouding was met de lengte van de giek. (drukfout)
metrische maat (meter) engelse maat (feet)
|
Winter fishing cobles |
salmon cobles |
Winter fishing cobles |
salmon cobles |
||
Ram |
Kielplank |
5,18 |
4,88 |
|
17' |
16' |
LOA |
LOA |
7,92 |
6,41 / 7,01 |
|
26' |
21'/23' |
Beam |
Grootste breedte |
1,83 |
1,83 |
|
6' |
6' |
Hull draft |
Diepgang |
0,30 |
|
2' |
1' |
|
Rudder draft |
Diepgang roer |
1,52 |
1,22 |
|
5' |
4' |
Mast |
7,31 |
5,49 |
|
24' |
18' |
|
Short mast |
Druil |
5,49 |
- |
|
18' |
- |
Yard |
Giek |
5,49 |
4,57 |
|
18' |
15' |
Reefs |
Reven |
4 |
4 |
|
4 |
4 |
Lug head |
Bovenlijk |
4,88 |
3,96 |
|
16' |
13' |
Lug lee |
Achterlijk |
5,49 |
4,57 |
|
18' |
15' |
Lug foot |
Onderlijk |
5,18 |
4,27 |
|
17' |
14' |
Lug luff |
Voorlijk |
3,66 |
3,05 |
|
12' |
10' |
Jib |
Fok |
ja |
nee |
|
ja |
nee |
Oars |
Riemen |
4 |
4 |
|
4 |
4 |
Gemidelde maten, zoals vermeld in The Englisch Coble fig.20 voor medium and small cobles at Filey |
||||||
De yard van de salmon coble is gecorrigeerd van 10' naar 15' |
|
|
Cobles and art
Winslow Holmer 1882 Amerikaanse schilder www.tvcm.co.uk/media/users/admin/boatsculpt.jpg
Hoewel er op internet nog verschillende afbeeldingen zijn te vinden, vindt ik bovenstaande kunstuitingen de mooiste om het karakter van een coble weer te geven.
Ga naar de aparte pagina over de coble Gratitude
Commentaar, vragen of suggesties: stuur een Mailtje; hier klikken.
Model boten vindt je onder deze knop More modelboats
Wil je gaan wandelen druk dan op deze knop hiking in Western Europe
Weten wat een zeilpunter is? Dutch sailing punt
Nog nooit van een opduwer gehoord? small tug (early 1920)
Chinese schepen en scheepsmodellen